‘Toegankelijkheid vraagt om een brede vertegenwoordiging aan tafel’

Door: Patrick Moonen, FGL
Op: donderdag 11 april 2024

Leg je oor te luister bij belangenorganisaties en je hoort al snel welke gemeenten serieus werk maken van de inclusie agenda. Sittard-Geleen is zo’n gemeente. Maar wat maakt hen tot een goed voorbeeld? En hoe zijn ze dat geworden? Twee medewerkers - Bram Vaessen (coördinator van de lokale inclusieagenda) en Cyriel Hochstenbach (verkeerskundig ontwerper) – leggen dat in dit interview haarfijn uit.

Zoals bekend vloeit die inclusie agenda voort uit het VN-verdrag Handicap uit 2016. Op veel plekken in Nederland leidde dat niet direct tot actie. In Sittard-Geleen wel. Daar bracht de gemeente al vrij snel verschillende partijen aan tafel om na te denken over de lokale vertaalslag, legt Vaessen uit. Denk aan maatschappelijke partners, belangenorganisaties, patiëntenorganisaties, ervaringsdeskundigen, maar ook beleidsmedewerkers van de gemeente. ‘En dan echt een afspiegeling van onze organisatie, dus vanuit verschillende afdelingen.’

Na die eerste gesprekken volgden drie grote bijeenkomsten – waar ook steeds die ervaringsdeskundigen aan tafel zaten. Dat heeft uiteindelijk geleid tot een lokale agenda met een looptijd van 2020 tot en met 2024, vertelt Vaessen. ‘We hebben in alle gesprekken en overleggen steeds gezocht naar speerpunten. Waar willen we aan werken? Dat heeft geleid tot tien lokale projecten – tien deelthema’s. Dus we zijn vanuit de grote groep ook in groepjes uiteen gegaan om die punten verder uit te werken. Daarna is alles weer in de grote groep besproken en tot slot beschreven in onze lokale inclusie agenda.’

Lees verder


 

Bron: 

Delen via...